
Wie Ludo Dierckxsens zegt, denkt ook meteen aan een kamerbrede glimlach. De immer vrolijke Belg heeft er een bijzondere carrière in het profpeloton opzitten. Geen aanval was hem te veel. Met absolute hoogtes, laagtes, een lach én een blunder in 1999 tot gevolg: dit is de koersnalatenschap van de Kempense karakterkop.
Wie Ludo Dierckxsens voor zijn 29e had verteld dat hij op een dag de Belgische driekleur zou mogen dragen, zou hij smakelijk uitgelachen hebben.
Als rasechte Kempenaar bleef Dierckxsens steeds met zijn voeten op de grond. Dat in de fabrieken van DAF Trucks, waar hij tot dan aan de slag was als pistoolschilder.
In 1994 klopte Saxon-Selle Italia aan voor de diensten van de Belg. Hij tekende zijn eerste profcontract. Zijn bijzondere koersaanpak kende heel het peloton niet veel later al: steeds ten aanval trekken.
Al dat harde werk leverde Dierckxsens 5 jaar later zijn grootste triomf uit zijn carrière op. In Geraardsbergen pakte hij op zijn 34e de Belgische titel voor Michel Vanhaecke en Axel Merckx.

Van hoogdag naar diep dal
1999 werd dan ook zijn jaar.
Ludo Dierckxsens mocht zijn Belgische driekleur drie weken lang laten schitteren in de Tour de France. Althans, dat was het plan.
In Saint-Etienne pakte onze landgenoot uit met een solo - hoe kon het ook anders? Zijn eerste ritzege in de Ronde van Frankrijk doopte hij snel om tot het hoogtepunt van zijn carrière.
Al zou dat verblijf op de top van erg korte duur zijn, met (voor één keer) een groene glimlach tot gevolg.

Dierckxsens moest na zijn ritzege naar de gebruikelijke dopingcontrole en was daarbij nét iets te loslippig.
De ritwinnaar verkondigde aan een Belgische UCI-afgevaardigde dat hij enkele maanden voor de Tour een inspuiting met cortisone had gekregen voor kniepijn. De test van Dierckxsens in Saint-Etienne was negatief, maar de Belgische kampioen had zichzelf in de voet geschoten.
Voor de injectie had Dierckxsens een attest nodig, iets wat hij niet kon voorleggen.
Ik zal het moeten aanvaarden, maar voor mij is het heel moeilijk.Ludo Dierckxsens
Zijn Italiaanse ploeg stuurde de ritwinnaar meteen naar huis. Dierckxsens werd 6 maanden geschorst. "Wanneer ik weer mag koersen, weet ik niet", reageert een terneergeslagen Dierckxsens op dat moment op zijn straf.
"Ik heb de fut nog niet gehad om er een correcte datum op te plakken. Maar zoals het er nu voor staat, mis ik het klassieke voorjaar van 2000."
"Ik zal het moeten aanvaarden, maar voor mij is het heel moeilijk", besluit Dierckxsens

Neus aan venster in monumenten
Maar opgeven? Dat stond niet in het woordenboek van de Kempense karakterkop.
In het voorjaar van 2001 stond hij er weer met borst vooruit in het truitje van Lampre-Daikin.
Het resultaat: in de Ronde van Vlaanderen kaapte hij de 6e plek weg, in Parijs-Roubaix kwam hij als 6e over de streep. Resultaten waar hij zich na een moeilijke periode aan kon optrekken.
Die Ronde was één van de mooiste dagen op de fiets.Ludo Dierckxsens
En waar hij nog lang zoete herinneringen aan koestert.
"Die Ronde was één van de mooiste dagen op de fiets. Ik had een van mijn beste dagen ooit. Ik heb toen alles meegemaakt. Duizenden mensen die je op elke pukkel omhoog schreeuwen. Dat geeft een extra boost."
De beelden spreken voor zich: Dierckxsens was met 27 renners in de aanval. Op elke helling nam de Belg de vlucht vooruit onder luid gejoel van de lokale supporters.

De eeuwige ontsnapper zou uiteindelijk 30 koersen winnen in zijn carrière, voor hij anno 2005 zijn fiets aan de haak hing. Uiteraard won hij zijn laatste wedstrijd bij zijn afscheid voor Landbouwkrediet-Colnago.
Zijn liefde voor de wielrennerij? Die kende nooit een einde. Na zijn leven als prof opende Dierckxsens een fietswinkel en werd hij ambassadeur van verschillende fietsmerken.
Voor vragen over de nieuwst snufjes, zondagsritjes of simpelweg een lachmoment konden ex-collega's steeds bij Dierckxsens terecht.
Zo maakt de voormalige pistoolschilder voor eeuwig deel uit van ons collectieve koersgeheugen.
De voornaamste zeges van Ludo Dierckxsens:
- Izegem Koers (1994 en 1997)
- GP Denain (1997)
- Parijs-Bourges (1998)
- 11e etappe Ronde van Frankrijk (1999)
- Belgisch kampioen (1999)
- GP La Marseillaise (2003)
- 7e etappe Ronde van Oostenrijk (2004)